Begin dit jaar verscheen bij uitgeverij Marmer een tweede bundel van Runa Svetlikova: Drieëntwintig tips om de hond en je demonen aan de lijn te houden. De titel – en het spelen met rood en zwart daarin op de omslag – doet mij denken aan de fotoserie ‘Black Dog’ (2015) van Patricia van de Camp. Verstilde donkere zwart-wit foto’s van mensen met hun zwarte hond. Een rake verbeelding van hun depressie, aldus de fotografe. Even zo vaak is de hond ook een trooster, soms zie je amper wie er achter de hond schuilgaat, slechts twee armen om de nek van het dier.
Symbolisch lijkt mij dat zwarte honden (en zwartharige beesten in het algemeen) haast onmogelijk zijn om te fotograferen. Ze slurpen al het licht op. Een gegeven dat Erik Kessels komisch uitbuitte in zijn fotoboekje In almost every picture #9 (2011), honderd-en-twaalf pagina’s met foto’s van dezelfde zwarte hond, maar het beest wordt nooit meer dan een zwart silhouet. Anders is dat bij Van de Camp, door haar wordt letterlijk en figuurlijk een poging ondernomen het zwart zichtbaar te maken. Svetlikova lijkt mij in haar bundel en met het ‘aanlijnen’ van de hond en haar demonen hetzelfde te beogen. In de nieuwe Awater schreef ik over het resultaat.